Afbeelding
Foto:

Roger Keijbeck, voorzitter Kamer brancheorganisaties

'Het is óf allemaal
samen óf ieder apart'

Laten we het eerst hebben over het proces. Jou kennende zal je kritisch geweest zijn gaandeweg de aanloop?

“Ik was er kritisch over en ben er nog steeds kritisch over. Wat dat laatste betreft: de koepel is er nu en nu moet iedereen zich aan de afspraken gaan houden. Maar vooropstaat dat ik blij ben dat we in vervolg met één mond praten richting stakeholders. Het is een groot voordeel dat we nu eerst met elkaar afstemmen en dan één standpunt hebben. Alle ego’s moeten nu aan de kant in het belang van de rijscholensector.”

De BOVAG en ANWB zijn niet aan boord en hebben laten weten dat zij ook aan tafel willen zitten. Dus de stakeholders aan de ene kant en BOVAG/ANWB en koepel aan de andere kant. Dat was niet de bedoeling.

“Nee, en dat is het nog steeds niet. Ik ben heel benieuwd of het CBR, ministerie en IBKI zich houden aan de afspraak dat er nog maar met één partij wordt gesproken en die partij is de koepel. Als zij toelaten dat er toch een andere partij is dan schuilt daarin het gevaar dat er weer andere partijen ontstaan en dan ben je weer terug bij af. Kijk, we kunnen het CBR en ministerie niet verbieden om met een partij te praten, maar het kan niet zo zijn dat de mening van BOVAG/ANWB ook wordt gezien als een standpunt namens de branche, want dat is niet zo. Als dit op deze manier gaat gebeuren dan gaat de FAM ook een eigen plek opeisen en ik neem aan de VRB, LBKR, RST en VVRI ook. Het is óf allemaal samen óf ieder apart.”

Heb je hier zelf een verwachting over?

'Wat mij betreft, en ik beluister dat iedereen er zo instaat, schuiven BOVAG en ANWB alsnog aan'

“Ik weet het niet, daar moeten we het snel over hebben. De tijd zal het leren, maar ik ben hoopvol.”

Hoe zorg je ervoor dat de leden van de FAM, waar jij voorzitter van bent, zich gehoord voelen binnen de koepel?

“Elke organisatie heeft zijn eigen ideeën die in de koepel worden ingebracht, daar wordt over gesproken en dan rolt er één visie uit. Dat zal soms hard tegen hard gaan, maar het is de manier van werken die we hebben afgesproken. En elke brancheorganisatie heeft zijn eigen inbreng. De FAM is bijvoorbeeld de belangrijkste partij binnen de transportopleidingen. Daar weten wij het meeste van af en op dat gebied zal onze inbreng het grootst zijn. In eerste instantie zullen, denk ik, de aangelegenheden aangaande het B-rijbewijs aan bod komen, maar de leden van de FAM mogen erop vertrouwen dat we zodra dat nodig is aan de bel trekken over de transportopleidingen.”

Hoe gaat de koepel opereren richting CBR, IBKI en ministerie?

“Zoals gezegd komen wij één keer in de maand of zo nodig eerder bijeen om standpunten in te nemen die de koepel met de stakeholders gaat bespreken. Wat speelt er, waar moeten we heen, welke wensen zijn er, dat zijn allemaal zaken die we moeten monitoren. Bij de gesprekken tussen koepel en de stakeholders zit dan de voorzitter van de betreffende kamer en Jos Vaessen als onafhankelijk voorzitter aan tafel. En als op een bepaald onderwerp een extern deskundige moet worden ingevlogen, dan kan dat ook.”

Verwacht je nu uiteindelijk dat de branche met deze werkwijze meer in de melk te brokkelen krijgt?

“Dat is wel de insteek natuurlijk, maar dat zal niet meteen vanaf het begin gladjes verlopen want dit is een nieuwe situatie waar iedereen aan moet wennen, ook het CBR. Maar los daarvan: voorheen was het zo dat alle partijen aan tafel kwamen, iedereen had een andere mening of zat net even anders in de wedstrijd. Vervolgens kreeg je dan te horen dat de branche niet op één lijn zit en dan zei het CBR: ‘We horen jullie aan, maar we gaan het zo en zo doen.’ Dat is nu niet meer aan de orde.”

Dus de koepel is zeker niet alleen een vehikel om de agenda van het CBR schoon te vegen?

“Zeker niet.”

Welke prioriteiten komen er wat jouw kamer betreft tijdens het eerste gesprek met het CBR en ministerie op tafel?

“Wat wij nu doen, is dat per kamer drie speerpunten worden benoemd. Je kunt namelijk niet alles tegelijk. Er komen dus in totaal negen prioriteiten. De stand van zaken is dat we daar nu aan werken en ik kan twee punten noemen. Eén zijn de lange wachttijden en de quotumregeling waarbij de insteek is dat niet de eindgebruiker maar de rijschoolondernemers de klant worden van het CBR. En de tweede prioriteit is dat we geïnformeerd worden over het standpunt van met name het ministerie en ook het CBR over de automaatcode. Dat laatste is belangrijk omdat veel rijschoolhouders voor investeringen staan en wij willen weten hoe dit gaat lopen.”
“Punt 3 was een punt dat een andere kamer ook heeft ingebracht en dat is hoe het momenteel gaat met de theorie. Daar moet snel iets verbeteren. Dat vindt zowel de Kamer van de uitgevers als wij en we hebben besloten om dit bij de uitgevers te houden. We hebben nu dus per saldo acht prioriteiten, maar binnen onze kamer wordt gekeken of daar toch nog een negende bij moet.”

Is het niet tekenend voor de huidige situatie dat uitgerekend over de automaatcode de ANWB een ander standpunt heeft ingenomen dan alle andere partijen, die menen dat de automaatcode zo snel mogelijk moet worden afgeschaft.

“Dat is inderdaad vervelend en is het eerste voorbeeld waarom het zo belangrijk is dat we samen, met z’n allen, optrekken. Wat mij betreft, en ik beluister dat iedereen er zo instaat, schuiven BOVAG en ANWB alsnog aan. Ik hoop dat zij inzien dat het voor iedereen beter is. De deur staat open.”