Schouderklopje is best op z'n plaats

Toenmalig minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen nam op 14 april dit jaar het rapport 'Van rijles naar rijonderwijs' van Emile Roemer in ontvangst. Het rapport werd met loftuitingen overladen en vrijwel iedereen die het goed voor heeft met de branche sprak de hoop uit dat het rapport niet onder in de la zou belanden.
Dat is niet gebeurd. Van Nieuwenhuizen liet weten aan de slag te willen met een aantal uitgangspunten en haar opvolger Barbara Visser, die zo mogelijk nog meer compassie heeft met de branche, benadrukte dit. Beiden worden geruggesteund door de Tweede Kamer, waarvan de overgrote meerderheid wil dat er wordt doorgepakt.

Op 14 april was het kabinet demissionair en dat is het nog steeds. Dat, en niets anders, is momenteel de vertragende factor. Visser is van goede wil, maar is net zo demissionair als de rest van het kabinet, en mag daarom geen nieuw beleid uitstippelen. Ook is het onzeker of zij wel de minister op IenW blijft. Dat wordt pas duidelijk als er een regeerakkoord is en de poppetjes worden ingevuld en dat gaat zeer waarschijnlijk dit jaar niet meer gebeuren.
De branche daarentegen heeft wél doorgepakt, blijkt uit het grote interview in dit nummer met de voorzitters van de brancheorganisaties FAM, LBKR, VRB, RST en VVRI (in alfabetische volgorde). Al wekenlang wordt er achter de schermen druk overlegd over de oprichting van de Koepel voor Rijopleidingen en Verkeersveiligheid (KRV) waarin zij binnen een speciale Kamer voor brancheorganisaties gaan samenwerken. Het is de bedoeling dat er 1 april of zoveel eerder als mogelijk is er een klap op wordt gegeven, maar nu al merken het ministerie van IenW, het CBR en IBKI (de belangrijkste zogeheten stakeholders in deze branche) wat dit betekent. De branche praat niet meer met meer, maar nog slechts met één mond. Dat moet heerlijk werken zijn, voor iedereen.
De oprichting van deze koepel is meer dan de koepel alleen. Hiermee laat de branche zien dat het serieus zaak wil maken van verbetering van de kwaliteit van de branche. En ook toont de sector aan dat er opeens over eigen schaduwen heen gesprongen kan worden. Muren tussen verschillende organisaties waren niet zo lang geleden nog huizenhoog, maar ze worden neergehaald met de snelheid die doet denken aan het weghalen van de Berlijnse Muur in 1989.

Het is te hopen dat de politiek dit allemaal ziet. In april al werd gezegd dat de branche ook stappen moet maken. Welnu, dat gebeurt. Het zijn zelfs reuzenstappen. Wel vaker schreven we in de laatste maand van het jaar een beschouwing over het voorgaande jaar met daaraan een vooruitblik naar het nieuwe jaar. Die was altijd optimistisch van toon, maar eigenlijk was dat meer een op basis van gevoel dan op basis van feiten. Dit jaar hebben we echter voor het eerst feiten. Alle betrokkenen mogen zichzelf daar best een schouderklopje voor geven.