Wat kun je tegen RIS hebben?

Deze editie is een RIS-special geworden. En daarmee begeef ik me, ik weet het drommels goed, op glad ijs want de Rijopleiding in Stappen wordt lang niet door iedereen gewaardeerd. Sterker nog: menig instructeur en rijschoolondernemer verguist deze methode.

Maar ik vraag me daarbij oprecht af: waarom? Hoe kun je iets hebben tegen een manier van opleiden waarvan de kenners en wetenschappers vaststellen dat het de beste manier van opleiden is. De leerstof blijft het best hangen, het slagingspercentage van RIS-instructeurs is significant hoger dan het gemiddelde en of de opleiding nu wel of niet betere bestuurders oplevert weet niemand echt, maar slechter worden ze er in elk geval niet van. Maar wat is het dan dat elke keer dat je een artikel wijdt aan RIS op sociale media de riolen weer de meest bizarre meningen krijgen door te spoelen? Is het kinnesinne? Wil je je niet serieus bezighouden met je vak? Heb je zelf misschien een veel betere manier van opleiden gevonden? Ik ben er oprecht heel benieuwd naar. 

Maar hoe je het ook wendt of keert: het lijkt erop dat modulair opleiden toch de toekomst is. Bijvoorbeeld Emile Roemer noemt dit in zijn eindrapport 'Van rijles naar rijonderwijs' de beste methode en dat rapport wordt breed gedragen, ook politiek. Let wel: Roemer heeft het over modulair opleiden en niet over RIS. RIS is van een eigennaam een soortnaam geworden, maar er zijn meerdere manieren om een modulaire opleiding handen en voeten te geven.

Vraag is inmiddels wel of modulair opleiden ook de standaard gaat worden, want dat is iets anders. In deze editie laat onze columnist Theo Vuijk bijvoorbeeld weten dat hij er voorstander van is dat de klant kan kiezen. Enerzijds zit daar wat in. Een keuzemogelijkheid is altijd goed in een vrije markt. Anderzijds kan het geen kwaad als een vorm van modulair opleiden het niveau van de totale branche opkrikt, want daar gaat het ook om. Het zijn lastige keuzes. Maar dat de branche nog veel gaat horen van modulair opleiden is wel zeker. Zeker nu ook het CBR tijdens een aantal 'roadshows' heeft laten weten toekomst te zien in RIS, mede naar aanleiding van de bevindingen in het rapport van Roemer.

Dat constaterende, kun je maar beter niet je kop in het zand steken en is het verstandig RIS te omarmen. De toekomst is namelijk al begonnen.