Afbeelding
Foto:

Emile Roemer is weer terug in de rijscholenbranche

'Er zijn hardnekkige signalen van misstanden
in de sector'

In 2009 diende Emile Roemer als Kamerlid namens de SP drie moties in met als onderwerp de rijscholenbranche. Nu is hij voor even terug aan het front binnen de naar hem vernoemde commissie-Roemer die momenteel werkt aan een advies voor minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat om de rijscholenbranche een kwaliteitsimpuls te geven. Roemer is er druk mee en hij is ook waarnemend burgemeester van Alkmaar, maar hij nam even de tijd om snel wat antwoorden te geven op brandende vragen.

Veertien jaar geleden kwam Roemer in de Kamer namens de SP, waarin hij de portefeuille Verkeer en Waterstaat kreeg. Op 12 maart 2009 diende hij zelfs drie moties in: een over een onafhankelijk onderzoek naar oorsprong, omvang en oplossingen van de problemen bij het CBR, een andere over het bespreken van een convenant met rijscholen en over het loslaten invoeringsdatum van 1 april 2009 en de derde over onafhankelijk onderzoek naar problemen bij het CBR. De drie moties werden verworpen.

Nu, ruim elf jaar later, is hij gevraagd voor een speciale adviescommissie die tot doel heeft allereerst in kaart te brengen waar de knelpunten in de branche zitten en ten tweede - dat vooral eigenlijk - om verbeteringen aan te reiken. Hoe vindt hij het om weer terug te zijn?

“Het is mooi om weer betrokken te zijn bij de rijscholenbranche. Al is de aanleiding voor het aanstellen van deze adviescommissie natuurlijk minder fraai. De laatste jaren zijn er hardnekkige signalen van misstanden in de sector zoals fraude met examens, leerlingen die betaald hebben maar de rijopleiding niet kunnen afronden omdat de rijschool ineens niet meer bestaat en slechte leskwaliteit waardoor meer dan de helft van de rijexamenkandidaten zakt. Wij onderzoeken hoe de kwaliteit kan worden verbeterd. In mijn tijd als fractievoorzitter had ik minder bemoeienis met deze sector, maar daarvoor was ik woordvoerder op dit onderwerp. Om jaren later gevraagd te worden om te adviseren over de rijscholenbranche is dan eervol. Voor een deel kom je dezelfde personen tegen van weleer, maar tegelijkertijd ook veel nieuwe gezichten.”

Kunt u helder omschrijven wat precies het doel is van de commissie?

'De aanbevelingen van de Alliantie Samen Sterk zijn uiteraard onderdeel, maar ook meer out-of-the-box-ideeën'

“Doel is met het advies structurele verbeteringen in de autorijscholenbranche tot stand te brengen. Het is dan ook nodig om fundamenteel te kijken naar hoe zaken werken in de sector en daarbij alle geledingen te betrekken. Graag lever ik daar een bijdrage aan omdat daarmee de verkeersveiligheid is gediend, de aantrekkelijkheid van het beroep van rijinstructeur en het belang van de consument/leerling.”

“De opdracht van de minister I&W is voorstellen te doen voor de verbetering van de kwaliteit van de rijscholenbranche. Aanleiding voor de opdracht zijn de signalen over misstanden in de sector, zoals financieel wanbeleid van rijscholen, fraude bij theorie- en praktijkexamens, onjuiste voorlichting aan consumenten over slagingspercentages of de inhoud van examens en opleidingen. Consumenten zijn de dupe van dit soort misstanden en het heeft negatieve gevolgen voor de verkeersveiligheid, omdat leerlingen onvoldoende worden opgeleid tot verantwoorde weggebruikers.”

Hoe belangrijk is het dat u binnen de branche draagvlak vindt?

“Het is belangrijk dat er binnen de sector draagvlak is voor onze ideeën over verbetering. We zoeken daarom niet alleen afstemming met partijen binnen de sector, maar zoeken ook aansluiting bij bestaande verbeterinitiatieven zoals de Alliantie Samen Sterk. Om zo goed als mogelijk aan te kunnen voelen wat er speelt is een begeleidingsgroep in het leven geroepen waarin verschillende organisaties uit de branche zijn vertegenwoordigd, te weten Het instituut voor certificering en examinering in de mobiliteitsbranche (IBKI), de Vereniging Rijschool Belang (VRB), de Federatie Auto- en Motorrijscholen (FAM), de Alliantie Samen Sterk, De Verkeersacademie, de Landelijke Beroepsvereniging Kwaliteitsbevordering Rijschoolbranche (LBKR), Veilig Verkeer Nederland (VVN), Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB (ANWB), de Landelijke belangenvereniging voor verkeersopleidingsinstituten (LBVI), BOVAG, het Rijschool Samenwerking Team, TeamAlert, ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV), Federatie Nederlandse Vakbeweging FNV) en het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW).

In hoeverre spelen de aanbevelingen mee die de Alliantie Samen Sterk heeft gedaan?

"In de begeleidingsgroep zitten meerdere leden van de Alliantie Samen Sterk. De aanbevelingen van de Alliantie Samen Sterk bieden mijn commissie een goede basis om op voort te bouwen. Tot slot gaan we niet alleen in gesprek met de rijscholen, maar breng ik ook verschillende werkbezoeken om te zien hoe zaken in de praktijk werken. De enquête die we hebben uitgezet geeft ons waardevolle informatie over hoe graag de sector wil veranderen en wat als meest noodzakelijke verandering wordt gezien.”

Ongetwijfeld heeft u de kritiek op het instellen van deze commissie op sociale media meegekregen. Menigeen meent dat dit allemaal niet nodig is (haal de 20 procent rotte appels eruit en klaar is Kees) en dat het schieten is met een kanon op een mug. Wat zou u tegen die criticasters willen zeggen?

"In deze fase (begin januari) zijn we bezig met het ophalen van ideeën en toetsen we hoe daar door de branche op wordt gereageerd. Deze ideeën zijn gepresenteerd in de vorm van een klaverblad in de begeleidingsgroep. De aanbevelingen van de Alliantie Samen Sterk zijn hier uiteraard onderdeel van, maar ook meer out-of-the-box-ideeën. In deze fase kan en moet eigenlijk alles geopperd kunnen worden. Daarna gaan we trechteren: de ideeën ordenen en selecteren waarbij de inbreng vanuit de begeleidingsgroep erg belangrijk is. Het streven is om medio februari met het advies te komen.”

Waar en tot wanneer kunnen branchegenoten terecht om een goed bedoeld advies te geven, los van het invullen van de enquête?

“Alle geledingen uit de sector zijn vertegenwoordigd in de begeleidingsgroep. Het is belangrijk om inbreng via de leden van de begeleidingsgroep te laten verlopen. Dus de eerste stap is: neem contact op met de groepsleden. Die kunnen uitleggen wat er al is besproken en wellicht op basis daarvan al een reactie geven (bijvoorbeeld: Goed punt! Is ook door anderen in gebracht en krijgt een plek) of inbrengen in de discussie die we continu met de groep voeren.”

Op pagina 24 ziet u de vier klaverbladen volgens welke lijn de commissie-Roemer werkt en denkt.