Autisme en keuring

Toen ik in 2011 in aanraking kwam met rijles en autisme was dat een nieuw fenomeen. Weinigen hadden eerder met dit bijltje gehakt en de training werd vooral bezocht door rijinstructeurs die al bekend waren met de materie autisme of aanverwante problematiek. Vanwege de moeilijkheidsgraad en het tarief was het meer een opleiding dan bijscholing. Later werd het een WRM-bijscholing door de opleidingsinstituten voor rijinstructeurs. Inmiddels zijn we tien jaar verder. Door heel Nederland vind je gespecialiseerde rijinstructeurs waar leerlingen met autisme (ASS) en AD(H)D terechtkunnen.

Jaarlijks starten ongeveer 10.000 mensen met de diagnose ASS het rijbewijstraject. Zij krijgen een keuring en een rijtest. De vraag is of dat met zo veel goed opgeleide rijinstructeurs nog wel nodig is.

De Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA) adviseerde onlangs de parlementaire commissie die onder meer het functioneren van het CBR onderzoekt, de CBR-keuringen voor mensen met autisme in te trekken!

De NVA strijdt al langer tegen de medische keuring en de rijtest. Voor mensen met autisme betekenen ze onnodig veel stress, onkosten en vertraging in het rijbewijstraject. Sinds 2008 hebben naar schatting tussen de 130.000 en 150.000 mensen met autisme problemen ondervonden met uitvoeringsorganisatie CBR. Gemiddeld maakte deze groep tussen de € 700 en € 1.000 extra kosten. Door onduidelijke, onnodige regelgeving en een niet-functionerende uitvoeringsorganisatie waren zij intussen de 91 en 150 miljoen extra kwijt. Het keuringsadvies komt van de Gezondheidsraad, die zelf toegeeft geen bewijs te hebben dat mensen met autisme slechtere automobilisten zijn of gevaarlijker verkeerssituaties creëren.

Al in 2013 vermeldt de Gezondheidsraad dat er weinig wetenschappelijke kennis bestaat over de specifieke relatie tussen rijgeschiktheid en ASS. Recente cijfers van het Nederlands Autisme Register tonen na onderzoek bij de doelgroep dat 72% de kwaliteit van de medische keuring ‘slecht tot zeer slecht’ en 77% de kosten van deze keuring ‘zeer hoog’ vindt.

In het Verenigd Koninkrijk mag men van de overheid (Driver and Vehicle Licensing Agency) zelf aangeven of de ASS ernstig van invloed is op het rijgedrag. Men hoeft de diagnose dus alleen te vermelden als men zelf vindt dat dit het autorijden beïnvloedt. Duitsland vindt elk persoon uniek en hecht veel waarde aan het voorkomen van groepsdiscriminatie. Er is geen algemene verplichting noch een formulier om de specifieke diagnose autisme te melden. Indien iemand vindt dat zijn autisme de rijvaardigheid niet beïnvloedt hoeft het niet te worden gemeld. Raakt men echter betrokken bij een auto-ongeluk met de verdenking dat de geestelijke toestand een rol speelde, moet men kunnen bewijzen dat de ASS daar geen invloed op had.

België hanteert ook een ander systeem dan Nederland. Ten aanzien van de eigen verantwoordelijkheid volgt men Engeland en Duitsland. Het type stoornis wordt niet gespecificeerd. Bij een diagnose kan de eigen arts de rijvaardigheidsverklaring afgeven. Mocht de arts een second opinion willen, kan hij doorverwijzen naar het CARA. Deze overheidsdienst keurt kosteloos en binnen een paar dagen! Tenslotte wordt in België meer nadruk gelegd op training van rijschoolhouders. Rijschoolhouders kunnen een training krijgen over het onderwerp autisme zodat de leerling met ASS een daarop afgestemd rijlesaanbod kan krijgen. En dat hebben we in Nederland ook al bijna tien jaar!

Navraag bij een tiental gecertificeerde rijinstructeurs leert dat men af wil van de verplichte keuring en rijtest. Bij medicijngebruik volstaat een vrijwillige melding en bij medicijngebruik en ernstige twijfel zouden gecertificeerde rijinstructeurs een rijtest moeten kunnen aanvragen. Verder denkt men dat gestructureerde rijlessen en volharding een succesvol rijbewijstraject mogelijk maken en dat het CBR onze expertise moet accepteren. “Wij merken gelijk of iemand het kan leren en wat voor vlees we in de kuip hebben. Daarna kan de (faalangst)examinator het traject afronden."

(Bronnen: NVA.nl en GGws.nl)