Afbeelding
Foto:

'Het wordt er niet gezelliger op in de branche'

De rapen zijn gaar. Op sociale media buitelen collega’s over elkaar heen om hun ongenoegen te uiten over het CBR. Het CBR heeft besloten, of erdoor gedramd, of hoe je het ook noemen wilt dat instructeurs tijdens de rijles mondkapjes moeten dragen. Doen zij dit niet dan dreigt het CBR het examen te annuleren of sterker nog, in een lockdown te gaan.
De discussie gaat niet zozeer over het nut van mondkapjes. Wel over het feit dat het CBR een eigen koers vaart. En die koers gaat verder dan die van het kabinet. Verder dan de standpunten van het RIVM en verder dan wat er in de wet geregeld is. En natuurlijk ook over de wijze waarop deze beslissing tot stand gekomen is. Enkele kritische kanttekeningen zijn wel op hun plaats. Het CBR heeft gecommuniceerd, zoals wel vaker, dat de beslissing in samenspraak genomen is met de brancheorganisaties. Nu kan je daar zeker vraagtekens bij zetten. Uit goed ingevoerde bronnen en door mijn oor te luisteren te leggen bij verschillende brancheorganisaties blijkt dat het CBR de brancheorganisaties voor het blok heeft gezet. 'Als jullie niet meewerken gaan wij in lockdown.' Het was voor de brancheorganisaties slikken of stikken. Stellen dat dit besluit in overleg met de brancheorganisaties genomen is, is niet correct. Of het nu wel of geen goed besluit is, het is erdoor gedramd.

Het tweede punt wat ik wil noemen is het feit dat het besluit van het CBR wel heel ver gaat. Het CBR gaat de instructeur in de eigen tijd in de gaten houden en regels stellen En die regels gaan zelfs verder dan wat er in de wet en in de afspraken bepaald is. Dit kan niet en is buitenproportioneel. Het CBR is nu over een grens gegaan. De grens tussen zakelijk en privé vervaagt en daarom zijn zo veel collega’s laaiend. En dat zijn zeker niet allemaal cowboys en rotte appels. Daar zitten een hoop weldenkende instructeurs tussen. Het CBR hoort te gaan over het afnemen van de rijexamens.

Het CBR gebruikt als argument dat dit besluit is genomen voor de veiligheid van de eigen medewerkers. Nou, met het examen is de auto keurig gepoetst. Mijn kandidaat beantwoordt de triagevragen naar waarheid. De examinator stapt in met handschoentjes, mondkapje en wat hij verder maar wil. Maar daar moet het ook ophouden. Als het CBR denkt de eigen veiligheid niet te kunnen waarborgen. moet het de stekker er maar uit trekken. Het CBR heeft zich niet te bemoeien met wat er buitenom de examens gebeurt. Het is mijn auto en mijn bedrijfsvoering. Ik ben niet in loondienst bij het CBR. Tenminste, ik heb het nog niet op mijn bankrekening gezien.

De supermarkt waar ik altijd mijn boodschappen doe kan ook niet van mij eisen dat ik thuis of onderweg mondkapjes draag. En nogmaals, de discussie gaat niet over het nut van mondkapjes. Het gaat hier over de grenzen van de wet. Hoever mag het CBR gaan? Wat gaat het CBR nog meer voor mij bepalen?

Er is een redelijke kans dat als deze column verschijnt het besluit genomen is dat mondkapjes ondertussen verplicht zijn. Met uitzondering van diegenen die om medische of principiële redenen geen mondkapje dragen, hebben we die discussie dan in ieder geval gehad. Tot zover moet het CBR zich rustig houden en zich aan de wet houden. En aan de brancheorganisaties de taak om duidelijk grenzen aan te geven als het CBR weer over de schreef gaat. Ja, in mijn vorige column schreef ik het al. Directeur Alexander Pechtold heeft de toon gezet. En die toon wordt niet vriendelijker.
Het wordt er niet gezelliger op in de branche.