CBR
CBR Foto: Hans Peijs

Minister vertrouwt erop dat CBR de boel weer op de rit krijgt

Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat trekt 5,9 miljoen euro uit om de financiële klappen bij het CBR op te vangen die zijn ontstaan als gevolg van de coronacrisis. Dit en veel meer schrijft de minister aan de Tweede Kamer in de aanloop naar een algemeen overleg dat uiteindelijk niet is doorgegaan. Dit is op het laatste moment omgezet naar een schriftelijk overleg op 1 oktober. Dit was nadat de deadline van deze editie is gepasseerd, maar voor onze abonnees hebben wij de verslaglegging daarvan in ons premiumdeel op de website aangeboden. Op deze pagina’s staan we wel stil bij de brief van de minister over de situatie bij het CBR rond corona, de problemen rond de rijgeschiktheid en de reactie op het vernietigende verslag van Pier Eringa over het CBR.

Allereerst staat de minister stil bij de situatie rond corona. Het CBR draait overuren. Vooral bij de theorie-examens gaat het al tijden helemaal verkeerd, en dat heeft niets te maken met het CBR. De oorzaak is helder: door de anderhalvemetermaatregel kunnen er minder mensen tegelijk theorie-examen doen, waardoor de organisatie altijd achter de feiten aanloopt. Momenteel (half september, de cijfers fluctueren met de week) is de wachttijd voor een theorie-examen gemiddeld twaalf weken en er zijn centra waar het al 15 weken is. Een keer zakken, wat voor de meeste kandidaten geldt, en je bent meteen dan een half jaar verder.

Maatregelen

De situatie roept om maatregelen en die heeft het CBR genomen. De minister schetst het actuele beeld: “Bij de theorie-examens worden sinds de herstart circa 25 procent meer medewerkers ingezet dan in de reguliere situatie en iedereen werkt over.
Ook zijn de theorielocaties op meer dagen geopend (inclusief avond- en weekendopenstelling) en is een extra examenlocatie in Rijswijk in gebruik genomen. Door deze maatregelen is de totale capaciteit aan examenplaatsen op dit moment 147% vergeleken met september 2019. Vanaf 1 oktober zijn alle 21 theorie-examenlocaties 6 dagen per week geopend. In totaal geeft dat 126 openingsdagen per week. In de reguliere situatie betreft dat circa 50 openingsdagen per week.”
Het CBR verwacht dat de reserveringstermijnen weer gaan dalen, maar wanneer weet niemand en is ook in sterke mate afhankelijk van de ontwikkeling van COVID-19 en het moment dat de beperkende maatregelen kunnen worden afgeschaald.

Rijgeschiktheid

Op naar hoofdpijndossier 2: de rijgeschiktheid. Iedereen weet dat het CBR geruime tijd (deze situatie duurt al ruim anderhalf jaar!) kampt met organisatorische problemen als gevolg waarvan de afdeling Rijgeschiktheid niet goed functioneert. Een keuring voor een verlenging van een rijbewijs is al al die tijd een drama en het CBR is vanwege de problemen onder curatele gesteld. Eerder dit jaar liet directeur Alexander Pechtold weten dat de afdeling in het eerste kwartaal van 2019 weer volop draait en ondanks de coronaproblemen is deze situatie nog steeds opportuun, zo heeft hij de minister laten weten. Die is dan ook tevreden met hoe het gaat. “Op hoofdlijnen constateer ik dat het CBR over de afgelopen maanden een flinke daling van de werkvoorraad en een daling van de gemiddelde reactietermijnen heeft laten zien”, schrijft ze aan de Kamer. In elk geval wordt de algemene maatregel van bestuur die regelt dat de rijbewijzen van de mensen die verlopen langer geldig zijn, verlengd, nu tot 1 juni volgend jaar.

'Als eigenaar en opdrachtgever van het CBR herken ik dat de nieuwe directie flinke stappen zet en ik steun de directie waar dat nodig is'

Stelselherziening

Inmiddels wordt ook gewerkt aan een stelselherziening Rijgeschiktheid. De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) en Andersson Elffers Felix (AEF) zijn in januari gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden. Momenteel wordt er gewerkt aan het eindrapport waarin de SWOV zal komen tot een selectie van alternatieve scenario's voor het huidige stelsel, inclusief het effect van de wijziging van de rijgeschiktheidskeuring op de verkeersveiligheid, de kosten en de doorlooptijd. Eind oktober wordt dit verwacht. Het CBR heeft hier ook een mening over die is vastgelegd in het Visiedocument Rijgeschiktheid en alles bij elkaar stuurt de minister alle aanbevelingen, plus een inhoudelijke reactie en een stappenplan aan de Kamer.

Pier Eringa

Komen we bij het eindrapport van Pier Eringa. Die deed onderzoek naar de organisatie CBR en hij kraakte harde noten. Dat het CBR een ICT-probleem heeft weet iedereen, maar er zijn veel meer problemen. Zo is bijvoorbeeld ook de werkcultuur niet al te best. Voor de huidige directie onder leiding van Alexander Pechtold is er maar één conclusie: de achterstanden wegwerken, schoon schip maken en een cultuuromslag bewerkstelligen.

Bakens verzetten

"De nieuwe directie en het nieuwe divisiemanagement zijn al bezig de bakens te verzetten en intern begint er een andere wind te waaien. Zij hebben echter te maken met een flinke belemmerende last van het verleden en hebben tijd en manoeuvreerruimte nodig. Ze hebben recht op een ‘schone lei’, maar moeten er wel voor waken niet zelf onderdeel te worden van ingesleten patronen, want ze moeten deze juist doorbreken”, liet Eringa optekenen in De Telegraaf.

Flinke stappen gezet

Het CBR heeft ook hier een visie over geschreven en Van Nieuwenhuizen ziet licht aan het einde van de tunnel. “Als eigenaar en opdrachtgever van het CBR herken ik dat de nieuwe directie flinke stappen zet en ik steun de directie waar dat nodig is. In het licht van het aangescherpte toezicht op het CBR worden nog steeds vele gesprekken gevoerd over het op orde krijgen van de basis en het wegwerken van de achterstanden. Tegelijk herkennen we dat er ruimte gemaakt moet worden om met elkaar naar de toekomst te kijken. Ik heb het CBR gevraagd om, in samenspraak met mijn ministerie, met een langetermijnplan te komen voor de ontwikkeling van het CBR in den brede. De verwachting is dat het CBR een dergelijk plan in het voorjaar van 2021 kan opleveren. Ik vind het belangrijk om het CBR de ruimte te geven om dit plan goed vorm te geven”, schrijft ze aan de Kamer.

Regierol

Ook is Eringa in zijn rapport ingegaan op een mogelijke regierol voor het CBR. Dat ziet de organisatie wel zitten, leren we uit de woorden van Van Nieuwenhuizen: “Het CBR heeft aangegeven de ambitie te hebben om een sterkere regierol op zich te nemen ten aanzien van de keten rijvaardigheid en geeft aan dat de kwaliteit van de rijschoolbranche op een hoger niveau moet komen. De huidige slagingspercentages zijn onder de maat, aldus het CBR. Een vorm van regulering/certificering zou een mogelijkheid kunnen zijn, zo merkt het CBR op”, aldus de minister.

In dit verband verwijst de minister naar de Alliantie Samen Sterk waarmee ze inmiddels een vervolggesprek heeft gehad (zie kader). Conclusie: voor de branche ziet dit er goed uit.