Dit heeft de regering in 2020 in petto

Op de derde dinsdag van september is het Binnenhof in Den Haag vergeven van de hoedjes en jacquetten. Mooie traditie waarbij onze koning de hoofdrol van het jaar voor zijn rekening neemt. Hij leest de plannen van de regering voor 2020 voor. Onderdeel daarvan is het belastingplan. Wij kijken vooral naar deze plannen met de vraag: wat heeft de regering voor de ondernemer in petto? Voor de komende jaren lijkt dat minder positief. De meeste maatregelen gaan in op 1 januari 2020. Daar waar deze afwijken, hebben we dat vermeld.

Wat staat er voor rijschoolondernemers in de Miljoenennota?

Er zijn vele maatregelen die mogelijk effect op u of uw rijschoolonderneming hebben. Verdere uitwerking van het Belastingplan vindt u hieronder in het overzicht van de voor rijschoolondernemers (zakelijk en privé) van toepassing zijnde fiscale maatregelen.

Modernisering kleineondernemingsregeling

De kleineondernemingsregeling wordt per 1 januari 2020 gemoderniseerd. Als een ondernemer verwacht jaarlijks onder de omzetgrens van € 20.000, - te blijven, kan hij vanaf 1 januari 2020 kiezen voor een vrijstelling van btw. De nieuwe regeling is minder complex dan de huidige regeling. De huidige regeling bepaalt dat ondernemers die minder dan € 1.883 (na vooraftrek) hoeven te betalen gebruik kunnen maken van de kleineondernemersregeling.

Kiezen voor vrijstelling betekent: geen btw-aangifte doen. Geen btw in rekening brengen en vermelden op facturen. Betaalde btw mag niet worden teruggevraagd. Geen administratieve verplichtingen.

Het kabinet wil hiermee de kleineondernemersregeling (KOR) vereenvoudigen voor bedrijven en de Belastingdienst. U kunt zich hiervoor aanmelden voor 1 november a.s.

Kijk wel uit! Als je in 2020 hoge kosten hebt of u wilt in uw onderneming investeren is het handig om deze aanvraag niet te doen.

Geleidelijke verlaging zelfstandigenaftrek

Ondernemers die hun onderneming in de vorm van een eenmanszaak voeren hebben recht op een aantal aftrekposten zoals de zelfstandigenaftrek, de startersaftrek en 14% mkb-aftrek. De zelfstandigen- en startersaftrek liggen onder de loep omdat de politiek vindt dat ondernemers bevoordeeld worden t.o.v. mensen in loondienst. De zelfstandigenaftrek wordt daarom in negen jaarlijkse stappen afgebouwd tot uiteindelijk € 5.000 in 2028: acht stappen van 250 euro en één laatste stap van 280 euro. Daarmee komt de zelfstandigenaftrek in 2020 uit op 7.030 euro.

Tariefverlaging inkomstenbelasting

Tariefverlaging voor de inkomstenbelasting gaat van vier schijven naar twee schijven. Vanaf 2020 (is met een jaar vervroegd ten opzichte van het belastingplan 2019) alleen nog een tarief van 37,35% tot inkomens van € 68.507 en 49,5% voor inkomens boven € 68.507. Mensen met een inkomen boven € 20.000 gaan erop vooruit. Dat komt onder andere doordat de meeste tarieven van de inkomstenbelasting omlaag gaan. Daardoor wordt het ook minder belangrijk of het inkomen door 1 of 2 personen in een huishouden wordt verdiend.

Verhogen algemene heffingskorting

De maximale algemene heffingskorting wordt additioneel verhoogd. De maximale algemene heffingskorting bedraagt in 2020 € 2.711 en in 2021 € 2.801 (in 2019 € 2.477).

Door een verhoging van de algemene heffingskorting neemt het besteedbaar inkomen toe van huishoudens met een inkomen tot € 50.000 per jaar. De algemene heffingskorting is een korting op de inkomensbelasting en premie volksverzekeringen. De korting is inkomensafhankelijk: hoe lager het inkomen, hoe hoger de korting.

Arbeidskorting

De arbeidskorting wordt vanaf 2020 in drie stappen verhoogd. Hiervan profiteren zowel zelfstandigen als werknemers. De maximale arbeidskorting bedraagt in 2020 € 3.819 (in 2019 € 3.399).

De arbeidskorting is een heffingskorting voor mensen die werken. Door heffingskortingen betaalt u minder belasting. Door een verhoging van de arbeidskorting gaat werken meer lonen. Door de introductie van een nieuw en hoger opbouwtarief wordt het daarbij voor inkomens tot € 35.000 aantrekkelijker om meer uren te gaan werken. Deze groep houdt door de hogere arbeidskorting netto meer over van het extra inkomen.

Eigenwoningforfait

Het eigenwoningforfait voor woningen van meer dan € 75.000 wordt verlaagd naar 0,6 procent van de WOZ-waarde. Tot en met 2023 wordt het eigenwoningforfait stapsgewijs verlaagd naar 0,45 procent. Het eigenwoningforfait voor woningen van meer dan € 1.080.000 blijft 2,35 procent.

Hypotheekrenteaftrek

Het maximale aftrektarief voor de hypotheekrenteaftrek wordt in 2020 verder afgebouwd naar 46 procent. Per jaar wordt de maximale hypotheekrenteaftrek met drie procentpunt afgebouwd naar uiteindelijk het basistarief van 37,10 procent in 2023.

Aftrekposten

Bepaalde aftrekposten in de inkomstenbelasting worden in 2020 aftrekbaar tegen maximaal 46 procent, gelijk aan het hypotheekrenteaftrektarief. Het gaat om aftrek van onderhoudsverplichtingen (alimentatie), aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten, aftrek van weekenduitgaven voor gehandicapten, aftrek van scholingsuitgaven, giftenaftrek, ondernemersaftrek (zelfstandigenaftrek, aftrek speur- en ontwikkelingswerk, meewerkaftrek, startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid, stakingsaftrek), mkb-winstvrijstelling en de terbeschikkingstellingsvrijstelling.

Scholingskosten

De fiscale aftrekpost voor scholingskosten blijft in ieder geval nog een jaar bestaan en zal waarschijnlijk per 2021 worden vervangen door de subsidieregeling STAP-budget (Stimulans van de Arbeidsmarktpositie) voor natuurlijke personen met een band met de Nederlandse arbeidsmarkt. De definitieve datum van vervanging wordt later vastgesteld.

Vrijwilligersvergoeding hoger sinds 2019

Als u vrijwilliger bent bij een sportvereniging, hobbyclub, welzijnsorganisatie c.q. andere maatschappelijke organisaties kunnen uw kosten vergoed worden door middel van een vrijwilligersvergoeding. Over de vrijwilligersvergoeding hoeven vrijwilligers en organisaties geen belasting of sociale premies te betalen. Met ingang van 2019 steeg de belastingvrije vrijwilligersvergoeding al van € 150 naar € 170 per maand. Daarbij geldt een maximum van € 1.700 per jaar. De maximale belastingvrije vergoeding voor vrijwilligers stijgt vanaf 2020 mee met de inflatie.

Het maximumbedrag per jaar wordt per € 100 afgerond. Daardoor stijgt het niet elk jaar. Blijft het bedrag na aanpassing aan de inflatie lager dan € 1.750? Dan blijft de belastingvrije vergoeding € 1.700. Komt het bedrag na aanpassing aan de inflatie op € 1.750 of meer uit? Dan wordt de belastingvrije vergoeding € 1.800. Het maximumbedrag per maand is het afgeronde bedrag per jaar gedeeld door 10. De verhoging van € 1.700 naar € 1.800 belastingvrije vergoeding voor vrijwilligers geldt waarschijnlijk pas in 2021. Dit is afhankelijk van de inflatiecijfers.

Milieu/Auto

Bijtelling van elektrische auto's gaat omhoog

Als u een 'auto van de zaak' ook privé gebruikt, betaalt u hierover belasting: de zogenaamde bijtelling. De bijtellingspercentages van de auto van de zaak vanaf 1 januari 2020 voor emissieloze auto's wijzigen. Het jaar van eerste kentekenstelling is bepalend voor het bijtellingspercentage.

Vanaf 1 januari 2020 gaat de bijtelling voor volledig elektrische leaseauto's stapsgewijs omhoog. In 2020 stijgt de bijtelling van 4% naar 8% over de catalogusprijs van de auto. Is de catalogusprijs hoger dan € 45.000? Dan geldt vanaf € 45.000 22% bijtelling. Nu is dit nog vanaf € 50.000. In de jaren erna gaat het bijtellingspercentage verder omhoog. Vanaf 2026 vindt er geen stimulering van auto's met nulemissie meer plaats.

Motorrijtuigenbelasting voor elektrische auto's

Als u een elektrische auto heeft, dan hoeft u hiervoor op dit moment geen motorrijtuigenbelasting (mrb) te betalen. Dit voordeel wordt verlengd tot 2025. Vanaf dat jaar gaat u wel mrb betalen. In 2025 betaalt u echter maar een kwart van de mrb. Vanaf 2026 betaalt u als bezitter van een elektrische auto de volledige mrb.

Aanschafbelasting (bpm)

Kopers van een nieuwe elektrische auto hoeven op dit moment geen aanschafbelasting (bpm) te betalen. Ook dit voordeel wordt verlengd tot 2025. Koopt u in 2025 een nieuwe elektrische auto? Dan betaalt u hiervoor eenmalig een bedrag van € 360 per auto aan bpm. Dit bedrag stijgt na 2025 elk jaar mee met de inflatie.

Ter verduidelijking: het zijn nog plannen. Eerst gaat de Tweede Kamer deze plannen bespreken en daarna doe de Eerste Kamer nog een duit in het zakje. In december kennen we de definitieve besluiten.

Welke fiscale koers gaat u varen? Wij denken graag met u mee.