de eerste drie rijscholen hebben het Rijleskeurmerk.
de eerste drie rijscholen hebben het Rijleskeurmerk. Foto: Rij-instructie

'Wij zijn er nog steeds van overtuigd dat dit gaat slagen'

Het Rijleskeurmerk is begin dit jaar geïntroduceerd en is bedolven onder de kritiek. Het Centrum voor Certificatie gaat er echter stug mee door, omdat het heilig gelooft in de missie dat dit kan bijdragen aan een betere branche. Een update.

Toen Rij-instructie in oktober vorig jaar voor het eerst een uitgebreid artikel schreef over de komst van het Rijleskeurmerk kregen we vrijwel direct de eerste reacties die als rode draad hadden: 'Leuk bedacht, maar dit gaat het niet worden.'. Het waren reacties van een aantal kenners die het goed voorhebben met de branche en elke positieve 'move' waarderen. Maar op de sociale media ging het vervolgens helemaal los. Niemand zit hierop te wachten, geldklopperij, dat dit geen toegevoegde waarde was en noem alle negatieve berichten maar op; en nog voordat er meer over bekend was.

Meerwaarde

Vrijdag 11 januari werden vervolgens de eerste drie rijschoolhouders gepresenteerd die het Rijsleskeurmerk gaan voeren: Boudewijn Pijnappel in Oisterwijk, Alphenaar in Haarlem en JR uit Veendam. De drie rijschoolhouders verklaarden gezamenlijk dat ze een meerwaarde van het Rijleskeurmerk zien voor hun eigen rijschool, maar vooral voor de branche. Het was een enigszins valse start, want van de vier rijscholen die het certificaat zouden krijgen, kon één net niet op tijd een Verklaring Omtrent Gedrag overleggen en van de andere drie werkte Boudewijn Pijnappel nog niet met een lesovereenkomst (nu wel) en Autorijschool JR uit Veendam voldoet met een gemiddeld slagingspercentage van 40 procent bij 47 examens per jaar maar net aan het criterium dat een rijschool hooguit tien procent in negatieve zin mag afwijken van het gemiddelde landelijk slagingspercentage van 50 procent. En weer ging het los op de sociale media, want zo gaat dat.

Kennismaking

Voor iedereen die al wat langer in de rijscholenbranche meeloopt, weet: zo gaan die dingen. Er is een (overigens klein) groepje rijschoolhouders die op elke beweging in de branche meteen negatief reageert. Je krijgt er een olifantenhuid van, maar voor René Ungerer, directeur van het Centrum voor Certificatie waar het Rijleskeurmerk onder valt, was het de kennismaking met de branche. Over de inhoud van de reacties is hij op zich niet geschrokken, maar de toon waarop sommigen reageerden hebben hem wel verbaasd. "Jij noemt dat affakkelen, maar ik beschouw het meer als dat een paar enkelingen in de markt blijkbaar de behoefte hebben om zich ergens tegen af te zetten", zegt hij. En omdat Ungererer een man is van het glas is halfvol, zegt hij ook: "Het zegt ook misschien wel dat die mensen erg betrokken zijn bij hun branche en dat is positief. Ik ga er maar van uit dat dit zo is en heb de hoop dat die betrokkenheid zich gaat ombuigen in het inzicht dat dit kan bijdragen aan een betere branche en dat dit ook op hen kan afstralen."

Iedereen is vrij

Bovendien is het allemaal heel simpel, zegt hij "Volgens een poll op Rijschoolpro.nl zit een meerderheid in de branche niet te wachten op het Rijleskeurmerk en dat mag. Iedereen is vrij om aan te haken of niet. Maar het Centrum voor Certificatie heeft als missie de wereld kwalitatief beter en veiliger te maken en wij geloven er nog steeds heilig in dat het Rijleskeurmerk daaraan kan bijdragen. Ik zal ook overal waar ik de gelegenheid krijg, verkondigen dat het Rijleskeurmerk een initiatief is van mensen die het goede voorhebben met de branche en hoop dat de rijschoolhouders het uiteindelijk zullen ondersteunen."

Nog even terug naar de elfde januari, toen de eerste drie rijschoolhouders werden gepresenteerd die met het Rijleskeurmerk gaan beginnen. Vond u dat zelf, achteraf, ook geen slechte start? Hadden jullie niet beter even kunnen wachten en dan starten met een paar rijscholen die het helemaal geweldig voor elkaar hebben?

"Nee, dat vind ik niet, waarbij ik graag wil memoreren dat het Centrum voor Certificatie niet de eisen heeft vastgesteld. Wij faciliteren slechts. De eisen zijn opgesteld door een groep betrokken rijschoolhouders die goed weten waar ze het over hebben en die een betere branche willen. Over de eis van het slagingspercentage bijvoorbeeld is heel lang gesproken en er is uiteindelijk vastgesteld dat ook rijscholen die zich specialiseren in een lastige groep op te leiden leerlingen ook het Rijsleskeurmerk moeten kunnen halen."

"Bovendien is de eis van het slagingspercentage slechts één eis, maar het gaat om alle eisen bij elkaar waar een rijschoolhouder aan moet voldoen. Als je al die eisen bij elkaar optelt, kom je terecht bij rijscholen die op allerlei gebieden de lat hoog leggen. En dat de ene eis door een rijschoolhouder te laag wordt gevonden hou je altijd, net zoals er eisen zijn waarvan een rijschoolhouder bij voorbaat weet dat hij of zij die niet gaat halen. Dat is inherent aan het fenomeen keurmerk."

Veelgehoorde kritiek is dat de 280 euro jaarlijkse deelnamekosten belachelijk hoog zijn. Hoe staat u daarin?

"Wijzelf zijn ISO-gecertificeerd en dat kost ons jaarlijks 2500 euro, dus het valt wel mee. Van die 280 euro worden de onafhankelijke auditors betaald, de mensen op het certificaat, het onderhoud van het systeem en noem verder maar op. Het zijn echt de basic kosten. Voor minder geld kan het gewoon niet."

Hoe zijn de eisen eigenlijk tot stand gekomen?

"Er is gestart met een commissie die bestond uit iemand van de LBKR, een auditor, rijschoolhoudster Irma van den Berg en ik. In deze commissie zijn de concepteisen voor het erkenningsschema bepaald. Deze zijn vervolgens voorgelegd aan een andere commissie met verschillende rijschoolhouders. De commentaren van hen zijn verwerkt in een rapport, dat is teruggestuurd naar de commissie en die heeft uiteindelijk de eisen vastgesteld."

Is deze commissie hetzelfde als een raad van advies, die er ook is?

"Een raad van advies is een breed samengestelde raad met zo veel mogelijk partijen die betrokken zijn bij de rijscholenbranche. Die is essentieel voor een goed keurmerk. Ik heb veel ervaring in de gezondheidszorg en daar zie je regelmatig dat de ene stakeholder niet altijd goed weet wat er aan de andere kant van het veld gebeurt. Het beste model voor deze raad van advies is dat er iemand van IBKI, CBR, de brancheorganisaties en noem verder maar op in zit. We hebben inmiddels iemand die bereid is namens de opleiders in de raad van advies te gaan zitten en dat juichen we toe. Of er ook iemand van de gebruikers bij komt? Graag. We hebben de Consumentenbond gevraagd, maar daarvan hebben we nog geen reactie."

Zijn de eisen zoals die nu bestaan in beton gegoten?

"Ik sluit niet uit dat er wijzigingen komen. Er is nu bijvoorbeeld discussie of de ervaringseis dat je minimaal vijf jaar over een rijbewijs moet beschikken wel een goede is en er is ook discussie of je voor een rijschool die aantoonbaar alleen lesgeeft aan moeilijk lerende doelgroepen dezelfde eis wat betreft het slagingspercentage moet hanteren als voor rijschoolhouders die dat niet doen."
"Wat hierbij meespeelt is dat een rijschoolhouder die nu aan deze eisen voldoet het liefst ziet dat de eisen niet meer veranderen. Dat lijkt me ook logisch. Maar de wereld verandert en ook het CBR brengt veranderingen aan en dat betekent dat eisen altijd dynamisch zijn. Maar de eisen verlagen omdat er nu nog maar weinig rijschoolhouders zich hebben aangemeld, is niet aan de orde. Voor de verandering van een eis gelden drie criteria: er moet een goede reden voor zijn, er moet draagvlak voor zijn en bedrijven moeten de tijd krijgen om aan de eisen te kunnen voldoen."

Hoeveel bedrijven hebben zich tot nu aangemeld en bij welk aantal bent u tevreden?

"Tot nu acht en dat is natuurlijk te weinig. Maar het is niet zo dat dit een stille dood sterft op het moment dat er aan het eind van het jaar nog steeds heel weinig zijn. En wij zijn er nog steeds van overtuigd dat dit gaat slagen."

(Zie ook de twee volgende pagina's, waarop de betrokken rijschoolhouder Leendert Roos met argumenten aangeeft wat er beter had gekund aan het Rijleskeurmerk.