Maaltijdbezorgers

Lang geleden maakten jongens indruk met hun brommers. Tegenwoordig noemen jongeren dat een scooter, want dat klinkt veel beter vinden zij. De populaire bromfietsmerken waren toen de Puch, de Zündapp en de Kreidler. Maar bovenal waren het schakelbrommers. En dat was te merken zodra deze jongens aan rijlessen begonnen: zij wisten al heel goed hoe het een en ander werkte, ook omdat er als hobby veel gesleuteld werd aan de bromfiets. Meisjes daarentegen reden op automaatjes, de Tomos, de Puch Maxi, etc.

Hoe anders is het nu, schakelbrommers worden (vrijwel) niet meer bereden en sowieso vinden jongeren 16 jaar niet meer de magische leeftijd om eindelijk bromfiets te mogen rijden, want ze wachten liever nog een half jaartje om dan direct met rijles te mogen beginnen en zo twee vliegen in een klap te slaan.

Maar wat we wel veel zien, zijn de maaltijdbezorgers op de bromfiets, en hoe! Het lijkt wel of deze groep niets heeft opgestoken van de rijlessen, want een groot gedeelte van hen overtreedt steevast alle regels. Laatst hield ik mijn hart vast toen er één, weliswaar op een voorrangsfietspad, een kruispunt naderde met volle snelheid, en dat was niet de toegestane maximumsnelheid! Zonder ook maar een beetje af te remmen en zelf ook op te letten of de naderende automobilist hem had opgemerkt, vloog hij als een kamikazepiloot over het kruispunt. Om vervolgens dwars door het rode verkeerslicht te rijden.

Het schijnt dat geen enkel gesprek aankomt bij deze bezorgers. Zo mag er bijvoorbeeld niet met 'oortjes' in gereden worden, maar zodra ze uit het zicht zijn van het bedrijf waar ze voor werken, hebben ze ze al ingedaan. Een dag later werd er voor mijn ogen bijna zo'n bezorger aangereden op een fietspad van een rotonde, omdat hij door zijn ongelofelijk hoge snelheid voor de betreffende automobilist in een flits in zijn gezichtsveld verscheen.
Nu zou ik toch eens willen weten: is dit nog steeds een manier van indruk maken of zijn ze zo met de ontvanger van de maaltijd begaan die honger heeft? En vooral in beide gevallen: wil je daar je leven voor wagen?

Eric Bakker,
voorzitter VRB