Afbeelding

Rijsimulator voegt iets toe, maar niet in alle gevallen

In 2003 deed de rijsimulator zijn intrede in Nederland en veertien jaar later is dit hulpmiddel nog altijd niet onomstreden, zij het dat er steeds meer instellingen zijn die geloven in de toegevoegde waarde van de rijsimulator. In de vorige editie publiceerden wij meningen van voor- en tegenstanders. Daar komen er drie bij.

'Roadtest is beter dan
test in rijsimulator'

De onderzoeker

Stefan Jongen, onderzoeker aan de Maastricht University, schreef eind vorig jaar zijn proefschrift over de inzet van rijsimulatoren tegenover rijtesten op de weg bij testen naar de gevolgen van medicijn- en alcoholgebruik voor het rijgedrag. Uit het onderzoek blijkt dat een roadtest onder begeleiding van een ervaren rijinstructeur te prevaleren is boven een test in een rijsimulator. "Ik heb een overzicht geschreven met verschillende simulatorvariabelen en daaruit bleek dat er eigenlijk vrijwel geen maten consistent gevoelig zijn voor alcohol. En als er dan toch eentje uitkomt die wel gevoelig is, dan is het de remtijd."
Een andere conclusie uit het proefschrift is: gebruik altijd een rijtest om automatische processen van autorijden te meten, bijvoorbeeld in welke mate een auto slingert of niet. Alleen voor complexere processen zou een simulator uitkomst kunnen bieden, dus bij metingen die niet op de openbare weg gemeten kunnen worden."

'Rijsimulator niet ingezet tijdens examens'

Het CBR

Het CBR gaat voorlopig geen rijsimulatoren inzetten voor praktijkexamens, ook niet in de plaats van bijvoorbeeld de Toets besloten terrein (categorie C). Het CBR kijkt wel welke ontwikkelingen er zijn en doet bijvoorbeeld ook mee aan een onderzoek van de SWOV naar de rijgeschiktheid van bestuurders met dementie (hierbij wordt een rijsimulator gebruikt), maar vooralsnog is de rijsimulator bij het CBR nog een boek dat moet worden geopend.

'Rijsimulator draagt bij aan veiliger verkeer'

De onderzoeker (2)

Psychologe Tessa Termorshuizen deed in 2015 wetenschappelijk onderzoek naar informatieverwerking in de hersenen in relatie tot de inzet van een rijsimulator. Zij deed dit op verzoek van Jorrit Kuipers die de informatie verwerkte in zijn promotieonderzoek naar de inzet van rijsimulatoren. De hypothese die Jorrit door Tessa wilde laten onderzoeken heeft betrekking op informatieverwerking in de hersenen. Hij verwacht dat wanneer meer rekening wordt gehouden met de werking van de hersenen de terugval in kennis tijdens en na de rijopleiding minder zal zijn. Dit moet resulteren in een hogere slaagkans op het eerste rijexamen en een afname van de kans op ongevallen direct na het behalen van het rijbewijs.
Termorshuizen stelde een enquĂȘte op die is gestuurd naar 23.000 oud-leerlingen die rijles hebben gehad in een rijsimulator. Van hen vulden 3.500 personen het formulier in.

Resultaten

Uit het onderzoek stelde Tessa vast dat kijkregistratie een betrouwbaar (bewezen) effect heeft op betrokkenheid bij ongevallen. Dee belangrijkste conclusie: oud-leerlingen die met kijkregistratie gereden hebben zijn minder vaak betrokken bij ongevallen. Deze groep die de modulen Voertuigbeheersing en Kruispunten met kijkregistratie op de rijsimulator heeft gevolgd, was met 5,1 procent betrokken bij ongevallen in het eerste jaar na het behalen van het rijbewijs. Van de groep die geen feedback van kijkregistratie in de rijsimulator kreeg, was13,8 procent betrokken bij ongevallen: een verschil van maar liefst 59 procent.