Stoorzenders en ijdele hoop

Ruud Rutten, voorzitter van de FAM, en Peter van Neck, voorzitter van de VRB, laten zich in deze editie kritisch uit over rijschoolhouders en -instructeurs die op onbeschofte wijze op social media kritiek spuien. Ze vinden dat dit niet kan en vragen om respect.

Een van de reacties op hun verhaal is: 'If you can't stand the heat, get out of the kitchen.' Daar zit een kern van waarheid in, maar dekt niet helemaal de lading. Zowel Van Neck als Rutten kan best wel tegen kritiek – hun wil is niet wet – maar het gaat om de tone of voice waar ze soms moeite mee hebben. En dat is begrijpelijk.
Wat ze niet zeggen, maar zeker meespeelt, is dat dit soort commentaar veelal komt van instructeurs die langs de zijlijn om het hardst schreeuwen, maar die verder weinig toevoegen aan de discussie. Het zijn, kortom, stoorzenders. En bovendien stoorzenders die geen reële doelen nastreven.

Neem de sanctie. Er zijn nog steeds rijinstructeurs die menen dat de sanctie op de praktijkbegeleiding moet vervallen. Een van de argumenten is vaak 'Want er is geen enkel ander beroep waar je voor wordt opgeleid en waar je, als blijkt dat je je vak niet beheerst, je vak niet meer mag uitoefenen.' Dat is niet waar (als je bijvoorbeeld als beroepschauffeur Code 95 niet op orde hebt, loop je kans op een boete van 800 euro en kan je uiteindelijk ook worden verboden verder te rijden), maar daar gaat het niet om.
Het gaat erom dat slechte instructeurs slechte kandidaten afleveren en daarmee aan de verkeersveiligheid tornen. De praktijkbegeleiding mag voor menigeen voelen als een toneelstukje en het is inderdaad zinnig om te bekijken of dit anders handen en voeten kan worden gegeven, maar om met de woorden van Van Neck te spreken: 'Het is een utopie dat de sanctie eraf gaat.' Zowel de minister als de Kamerleden die zich inspannen voor de branche willen daar niet aan en dus gebeurt dat niet. Hoop dat de sanctie eraf gaat, is ijdele hoop.

Los daarvan is het ook voor de branche als geheel geen reclame dat er instructeurs zijn (overigens, het zijn er niet heel veel; de massa is professioneel bezig met het vak en houdt zich verre van geroeptoeter) die maar ongegeneerd blijven schreeuwen. De rijscholensector staat er bij velen nog steeds niet goed op en wordt hier en daar vergeleken met de taxibranche. En dat is wel de laatste beroepsgroep waarmee je vergeleken wilt worden. Het is beter dat de branche één front vormt, zeker nu de politiek van plan lijkt om de misstanden aan te pakken. En daar kan niemand die professioneel met zijn vak bezig is, tegen zijn.