Heeft de rijschool toekomst?

Onder deze titel hield directeur Verkeersveiligheid van het ministerie van V&W drs. Allewijn in 1979 een inleiding op de jubileumvergadering voor leden van de ABAN, de opgeheven Algemene Bond Auto- en Motorrijschool-ondernemers in Nederland. Allewijn sprak over vooruitzichten op het gebied van rijopleiding, examinering, commercialiteit en vakmanschap. Oordeel zelf wat er anno 2016 van terecht is gekomen.

"Stelt u zich voor dat ik hier 30 jaar geleden had gesproken over toekomstige ontwikkelingen in het gemotoriseerde verkeer, het rijbewijs, de rijopleiding en het rijexamen en had voorspeld welke tol gemotoriseerd verkeer zou eisen.
Wie kon in 1949 voorspellen dat Nederland 1700 kilometer autosnelweg zou hebben tegen 120 kilometer toen? Toename van het aantal personenauto's van 100.000 naar ruim vier miljoen? 1 auto op 87 inwoners naar 1 op 3 inwoners? Enorme files richting zonbestemmingen tijdens de bouwvak? Niemand voorspelde dat de Nederlandse rijopleiding een van de omvangrijkste en het rijexamen een van de zwaarste ter wereld zou worden. Of dat het aantal verkeersslachtoffers van bijna 20 doden en 300 gewonden per week in 1949 (jaarlijks 1.040 en 15.600) tot 60 doden per week en bijna 1400 gewonden in 1973 (jaarlijks 3.120 en 72.800) zou stijgen. Autogebruik is niet meer weg te denken en leidt tot meer autobezit. Rijles wordt even normaal als onderwijs.
De rijschoolwereld vindt ondernemerschap vanzelfsprekend en verwacht de concurrentie met lagere kosten en een goed product aan te kunnen. Daarnaast stelt zij inkomen afhankelijk van vraag en aanbod. Maar de ondernemersvorm is niet de beste vorm voor rijinstructie. Dat kan beter van overheidswege worden gegeven, door instituten zonder winstoogmerk en instructeurs met een vast salaris. Productkwaliteit relateren aan de lesprijs is moeilijk want voor de consument is niet de rijopleiding het uiteindelijke product, maar het rijbewijs. Een verband tussen rijopleidingskwaliteit en lesprijs aan de ene kant en slagingskans aan de andere kant bestaat nog niet. Bovendien varieert de rijschoolclièntele. Na slagen verdwijnt de cliënt en de rijschool hoopt dan bij anderen te worden aanbevolen. De beroepsopleiding voor rijinstructeur komt onder overheidsinvloed met toelatingsselectiecriteria en meer evenwicht tussen aanbod en behoefte aan rijinstructeurs. Het commerciële karakter verdwijnt echter niet en er komen evenmin overheidsrijscholen. Wel regulering die concurrentie beperkt, bestaanszekerheid van rijschoolhouders en instructeurs vergroot en de consument waar voor zijn geld garandeert.
Mijn laatste voorspelling geldt het rijexamen met de veranderingen op 1 november zoals inkorting rijproef van 40 naar 30 minuten, openbaarmaking examenroutes, eerste examens uit de wachttijden en het meerijden van de rijinstructeur. Rijschoolhouders moeten gezamenlijk de schouders eronder zetten, al ontbreekt het 'gezamenlijke' nog. Het doel van de ABAN om alle rijscholen te verenigen is mislukt.
Eén voorspelling maken we zeker waar: minder verkeersslachtoffers. De branchevereniging zal daartoe net zo bijdragen als zij in de afgelopen 30 jaar heeft gedaan bij de ontwikkeling van de rijschoolbranche."
(Dit is een samenvatting. De integrale tekst staat vanaf vanaf vandaag op de website).