Voorzitters belichten brandende kwesties

Van de bijna achtduizend rijscholen zijn er nog lang geen tweeduizend aangesloten bij een brancheorganisatie. Dat is belachelijk weinig, aangezien deze organisaties het beleid van de branche bepalen én omdat zij gesprekspartner zijn van het ministerie, CBR, IBKI en andere stakeholders. Maar waar staan zij eigenlijk voor? Rij-instructie geeft de voorzitters Frank Hoornenborg (BOVAG Rijscholen), Peter van Neck (VRB) en Ruud Rutten (FAM) de gelegenheid een onderwerp aan te snijden. En ze reageren op een stelling.

Klaar voor de toekomst

De leden van BOVAG Rijscholen hebben tijdens de Algemene Ledenvergadering gekozen voor nog meer professionaliteit en betrouwbaarheid. Het BOVAG Garantiefonds wordt toekomstbestendig en robuust gemaakt. Nu heeft u her en der vooral als kopregel kunnen lezen dat de bijdrage 'maar liefst vertienvoudigd' wordt en dat is natuurlijk ook het meest in het oog springende als er een vergelijking wordt gemaakt met het 'oude' BGF. Die vergelijking gaat echter volledig mank. Sinds een jaar of zes wordt een luttel bedrag van 75 cent geïnd per leerling. Daarmee geldt een hoog eigen risico voor het fonds en er moet flink worden ingeteerd als er claims zijn. Om nog maar te zwijgen over de (on)mogelijkheden om het fonds te laten groeien, BGF überhaupt te promoten of om de geldigheid van claims te kunnen toetsen. Straks is ook nog eens een kosteloze ongevallenverzekering van toepassing en spekt Bovemij Verzekeringen de promotiepot.
Die 75 cent zorgde er waarschijnlijk ook voor dat u het de moeite niet vond om BGF apart op uw facturen te vermelden. Dat u het maar vervelend vond dat BOVAG u daarvoor separaat aansloeg en dat u vindt dat BOVAG alleen maar geld kost. Het garantiefonds is vanaf het begin echter in de markt gezet als een instrument waarmee u zich kunt onderscheiden. Net zoals al die reisorganisaties koketteren met hun ANVR-lidmaatschap en de zekerheid van de SGR. Sterker nog: de reiziger vráágt erom. En waarom? Omdat bij zulke grote uitgaven een officiële stok achter de deur wel zo prettig is. En die reiziger betaalt daar graag iets extra voor. Precies zó kunt u het ook aanpakken.
Vele criticasters hoor ik zeggen: 'Ik heb mijn zaakjes op orde' en 'dat BGF en die BOVAG heb ik niet nodig'. Dat is hun goed recht. En ik wens niemand toe onverhoopt toch in een bankroet verzeild te raken. Het faillissement van Oad Reizen zag echter ook niemand aankomen. BOVAG gaat in elk geval het BGF en de aangesloten rijscholen intensief promoten. Want we zijn er trots op dat we een vereniging zijn die wél eisen stelt aan haar leden en wél toegevoegde waarde voor consumenten biedt.

Frank Hoornenborg,
voorzitter BOVAG rijscholen

Strengere vooropleiding voor toekomstige instructeurs?

Ook deze discussie is weer actueel en laait weer op. Waar moet een goede instructeur eigenlijk aan voldoen? Lbo, vmbo of havo? Voor mij persoonlijk is dit niet zo'n punt. Ik ken ze in alle rangen en standen. Laat mij maar een goede intake doen met een potentiële kandidaat en binnen een uur weet ik wie ik voor me heb zitten en of hij geschikt is voor onze branche.
Zijn vooropleiding vind ik hierbij helemaal niet zo belangrijk. Zijn passie en interesse in ons vak vind ik wel belangrijk. Kan hij/zij omgaan met mensen? Kan hij zijn passie overbrengen op toekomstige automobilisten? Wil hij investeren in zichzelf? Overal is wel iets voor te zeggen, maar het gaat om de persoon en niet om zijn vooropleiding.
Ook hoor je wel dat een hogeropgeleide snel weer afscheid neemt van de branche omdat hij elders meer kan verdienen. Ik zeg: nee hoor, niet wanneer hij voldoet aan bovenstaande eisen. Dus niet wanneer hij passie en plezier in zijn werk heeft en tevreden is. Volgens mij zit het hem in het voortraject. Daar moet beter geschift worden door middel van bijvoorbeeld een toelatingstest.
Waar het op neerkomt: maak het niet te gemakkelijk om rijinstructeur te worden, bijvoorbeeld door steun met een uitkering omdat er op dat moment toevallig niks anders te krijgen is. En weet wat je kunt krijgen. Er liggen geen gouden bergen. Je zult echt niet schatrijk worden in deze branche. Wanneer je niet doordacht en goed voorgelicht aan dit vak begint als zelfstandig ondernemer dan eindigt dit in een persoonlijk drama. Word je hierop geselecteerd en goed voorbereid, dan staat er een mooie branche voor je klaar.

Ruud Rutten,
voorzitter FAM

Rumoer op de werkvloer!

Het was me weer een maandje wel. Bijna niet toegekomen aan het reguliere werk. En dat alles omdat het journaille het weer nodig vond om zaken naar buiten te brengen die achteraf gezien weer een flinke storm in een glas water blijken te zijn. En als je dan ook nog her en der hoort dat het mensen uit de branche zelf zijn die het vuurtje aansteken en brandend houden, dan heb je toch zo je twijfels over integer zijn. Net de mensen die zijdelings een dikke boterham verdienen aan de hardwerkende rijschoolhouder zouden toch beter moeten weten en hier naar handelen. In Nederland is het toch zo dat je pas schuldig bent wanneer het bewijs geleverd is.
Overal waar gewerkt wordt, mogen fouten gemaakt worden. Het is de kunst om met vereende krachten een product gezamenlijk te blijven doorontwikkelen.
Zie ook de langverwachte antwoorden van de minister op de Kamervragen die eind april 2015 gesteld zijn. Wanneer komt er nu eindelijk eens klaarheid in de aanpassing WRM? En waar steek je op in? Snel genoegen nemen met de voorgestelde wijzigingen omdat anders de aangepaste wets- wijziging nog niet zal ingaan op 1 januari 2017 of nu doorpakken om een ECHT goede wetswijziging te bewerkstelligen?
Er zitten nog te veel voorstellen in waar we niet tevreden over zijn of die nog nadere toelichting en afstemming moeten vinden. Ik denk dat we ons niet onder druk van een (nog niet keiharde) datum moeten laten verleiden genoegen te nemen met een halfbakken WRM.

Peter van Neck,
voorzitter VRB