TLN: 'Vak vrachtwagenchauffeur verandert, maar verdwijnt niet'

Niemand hoeft zich zorgen te maken dat over tien jaar het vak van truckchauffeur – en dus ook de opleiding hiervoor – niet meer bestaat. "Het klopt dat vrachtauto's technisch zeer ontwikkeld zijn. Maar zelfrijdende onbemande vrachtauto's zullen voorlopig niet op onze snelwegen rijden", laat Willem de Vries directeur Sectorinstituut Transport en Logistiek Nederland (TLN) weten.

TLN reageert hiermee op uitspraken van Ton Heerts, voorzitter van de MBO Raad. Heerts zei in het AD vanochtend over het enorme tekort (10.000 chauffeurs zijn nodig volgens Heerts) onder andere: "Tegelijkertijd komt de arbeidsmarkt momenteel tienduizend vrachtwagenchauffeurs tekort, terwijl deze banen volgens de geleerden over tien jaar weg zijn geïnnoveerd. Voor die werknemers moet nu al een plan komen. Gesubsidieerde omscholing is de sociale zekerheid van de toekomst."

Aantal klopt niet
Dit klopt op twee fronten niet, aldus De Vries. Allereerst het genoemde aantal van 10.000. "Het cijfer van 10.000 klopt niet. Het totale tekort is onbekend. Er zijn wel schattingen en die lopen uiteen van 5.000 tot 7.000, maar een precies aantal noemen kan niet. De sector schat in dat er jaarlijks zo'n 3.000 chauffeurs kunnen instromen. Een goedlopende economie zorgt automatisch voor een grote behoefte aan transport: de sector transport en logistiek is een banenmotor. Daarnaast hebben we te maken met een vergrijzingsgolf en gaan er de komende jaren meer chauffeurs met pensioen. In deze krappe arbeidsmarkt is instroom van jongeren heel belangrijk. En als de economie zo blijft draaien als hij nu doet, blijft er ook genoeg werk in het transport."

Chauffeur blijft bestaan
Dan het bericht dat het fenomeen truckchauffeur niet meer zou bestaan over tien jaar. De Vries noemt dit een hinderlijke uitspraak. "Het klopt dat vrachtauto's technisch zeer ontwikkeld zijn. Maar zelfrijdende onbemande vrachtauto's zullen voorlopig niet op onze snelwegen rijden. In de werving van jongeren houden we nu al rekening mee dat ze zich makkelijk kunnen aanpassen aan nieuwe technieken."